Verwijzers

Wanneer verwijst u?

Wanneer verwijst u naar de Orthodontist?

Onderstaand overzicht helpt u te bepalen wanneer een patiënt een bezoek kan brengen aan Orthodontisten Uithoorn.

In veel gevallen is het niet nodig te wachten met verwijzen totdat alle elementen gewisseld zijn. Bij veel correcties is de groei van groot belang, als een gebit uitgewisseld is zal de groei grotendeels achter de rug zijn en kan de mogelijkheid die de groei biedt niet volledig benut worden. Over het algemeen is het verwijzen in groep 7 een goed moment om een beeld te krijgen. Bij twijfel graag verwijzen naar de orthodontist, liever te vroeg dan te laat.

U kunt op verschillende manieren uw patiënten verwijzen. Via zorgmail of via onze website middels het verwijsformulier.

Wij hechten veel waarde aan een goede samenwerking met onze verwijzers. Indien u over een patiënt wilt overleggen of verdere informatie wenst, kunt u contact met ons opnemen.

Verwijsformulier

Verwijzing consult orthodontie

  1. Is er sprake van een kruisbeet in het front of in de zijdelingse delen in combinatie met een dwangbeet en geeft dit schade aan de blijvende elementen dan willen wij uw patiënt snel zien. Ook een kruisbeet zonder dwangbeet zien we graag vroeg, het liefst tussen de 6 en 8 jaar.
  2. Is er sprake van een open beet in het front of in de zijdelingse delen dan willen we de patiënt zien tussen de 8 en 10 jaar, in de inter-transitionele periode.
  3. Zijn er parafuncties zoals duimzuigen, tongpersen of afwijkende slikgewoonte dan kan, na een consult bij de orthodontist, behandeling door een logopedist vaak nuttig zijn.
  4. Blijven elementen achter in eruptie dan kan dat komen door ankylose en impactie. Na trauma van frontelementen kan ankylose ontstaan. Bij cuspidaten kunnen eruptiestoornissen voorkomen wat een indicatie zou kunnen zijn voor impactie. Prematuur verlies van melkmolaren kan ook impactie veroorzaken door mesiale migratie van het buurelement.
  5. Indien er bij een familielid sprake is van een agenesie dan is er een grote kans dat dit ook bij het kind voorkomt. Infrapositie van een melkmolaar kan een indicatie zijn voor agenesie van de opvolger.
  6. Als er kaasmolaren zijn met een slechte prognose of als er sprake is van zwaar gerestaureerde eerste molaren, dan is het ideale moment van extraheren als de bifurcatie van de M2 zichtbaar is op de röntgenfoto. Graag overleg met de orthodontist over het vervolg behandelplan.
  7. Is er sprake van crowding in het boven- en onderfront waardoor ruimtegebrek ontstaat, dan kan dat behandeld worden in de tweede wisselfase.
  8. Als de molaar-occlusie afwijkt van normaal (neutro-occlusie) dan spreken we van een disto- of mesio-occlusie. De occlusie kan ook asymmetrisch zijn. Behandeling is gewenst in de tweede wisselfase.
  9. Als de SOB (overjet) en/of VOB (overbeet) afwijkend is kan dit een gingiva of palatumbeet veroorzaken met als gevolg slijtage van de frontelementen.
  10. Als er sprake is van een centraal diasteem kan dit veroorzaakt worden door een doorlopend frenulum. Gegeneraliseerde diastemen kunnen verband houden met een afwijkende tongpositie of kleine elementen.
  11. Is er een esthetische behandelwens, dan is uw patiënt uiteraard ook welkom.
Bij twijfel graag verwijzen naar de orthodontist, liever te vroeg dan te laat